Onze WindeWaarden
Bij Buurtschool De Winde stellen we het belang van een huiselijke, warme en familiale sfeer voorop. Van daaruit ontwikkelen we een visie en concrete aanpak om op school een leuke plek te creëren voor leerlingen en begeleiders. Want waar je graag bent, groei je beter.
Waarvoor staan we?
Wanneer we als school naast kennisverwerving eveneens inzetten op mentaal welzijn van leerlingen bouwen we aan een klimaat waarbinnen het leervermogen van kinderen vergroot wordt. Van daaruit stellen we zeven WindeWaarden centraal als basis voor een veilige omgeving (zowel fysiek als emotioneel) die we onze leerlingen en begeleiders willen bieden. We kiezen ervoor om leerlingen op een positieve manier te stimuleren deze waarden mee met ons uit te dragen. Dit door ze zelf openlijk na te leven, ze actief zichtbaar te maken op school en consequent te reageren wanneer de waarden al dan niet nageleefd worden. Jaarlijks worden de waarden op een ludieke manier in de kijker gezet.
- Wij zorgen goed voor het schoolgebouw en ons materiaal --> zo kunnen wij goed leven en leren.
- Wij houden rekening met elkaars gevoelens --> zo voelt iedereen zich hier thuis.
- Wij proberen te praten over wat goed en niet goed gaat --> zo kunnen we elkaar helpen.
- Wij werken samen met de begeleiders --> zo helpen zij ons leren en groeien.
- Wij zijn vriendelijk tegen iedereen --> zo voelt iedereen zich hier welkom.
- Wij kiezen zoveel mogelijk voor wat gezond en milieuvriendelijk is --> zo zorgen we voor onszelf en voor de natuur.
- Wij spelen, sporten, werken en verplaatsen ons op een veilige manier --> zo raakt niemand gekwetst.
Hoe reageren we op gedrag?
Gedrag van leerlingen vormt de zichtbare veruitwendiging van onderliggende behoeften en emoties. We willen als school geen strijd voeren om controle uit te oefenen over het gedrag van onze leerlingen. Wel willen we verder kijken dan wat ze tonen en proberen in te spelen op de behoeften die daarachter schuilgaan. Negatief gedrag zal daarom steeds gezien worden als een zorgnood, een signaal van het kind dat het hulp nodig heeft bij het leren omgaan met een situatie of het ontwikkelen van een vaardigheid. Onze aanpak blijft, naast het consequent en op korte termijn bijsturen van gedrag, gericht om op lange termijn aan die dieperliggende zorgnood tegemoet te komen.
We gebruiken hiertoe een concreet kader dat begeleiders toelaat vanuit eenzelfde bril naar gedrag en consequenties te kijken. Zo vormen we een krachtig team dat samen op een duidelijke manier positief gedrag bij leerlingen nastreeft. Onze visie en aanpak is geïnspireerd op het vierladenmodel waarbij elke ‘lade’ vooraf is gevuld met ideeën, methodieken, tips en handvaten die het team ondersteunen bij het kiezen van de manier waarop gereageerd wordt op negatief gedrag. Wanneer iedereen dezelfde ladekast gebruikt en via de schuiven snelle toegang heeft tot mogelijke reacties worden uiteenlopende situaties steeds vanuit dezelfde visie aangepakt en bijgevolg effectiever opgevolgd.
Welke schuif wanneer wordt geopend, hangt af van de aard van het negatief gedrag:
We vulden de lades met concrete acties die gekoppeld zijn aan het overtreden van de WindeWaarden. Elk teamlid kent deze procedure en volgt ze consequent op, dit zowel op de speelplaats als in de klas. Ouders worden nauw betrokken bij de ondersteuning en opvolging van hun kind. Wanneer negatief gedrag ernstig (al dan niet aanhoudend) of aanhoudend niet ernstig voordoet, worden ouders hierover ingelicht. Communicatie naar ouders wordt intenser naarmate overtredingen ernstiger zijn. Bovendien wordt in dat geval ook gestreefd naar nauwe samenwerking met ouders om negatief gedrag te stoppen. Dit door met hen in dialoog te gaan en hen actief te betrekken bij het zorgtraject van de leerling.
Om het gedrag op schoolniveau in kaart te brengen, houden begeleiders anoniem bij hoeveel keer we de blauwe, gele en rode schuif hebben moeten openen. Op deze manier kunnen we veranderingen of toename van negatief gedrag vaststellen en indien nodig ook ingrijpen op schoolniveau.
We gebruiken hiertoe een concreet kader dat begeleiders toelaat vanuit eenzelfde bril naar gedrag en consequenties te kijken. Zo vormen we een krachtig team dat samen op een duidelijke manier positief gedrag bij leerlingen nastreeft. Onze visie en aanpak is geïnspireerd op het vierladenmodel waarbij elke ‘lade’ vooraf is gevuld met ideeën, methodieken, tips en handvaten die het team ondersteunen bij het kiezen van de manier waarop gereageerd wordt op negatief gedrag. Wanneer iedereen dezelfde ladekast gebruikt en via de schuiven snelle toegang heeft tot mogelijke reacties worden uiteenlopende situaties steeds vanuit dezelfde visie aangepakt en bijgevolg effectiever opgevolgd.
Welke schuif wanneer wordt geopend, hangt af van de aard van het negatief gedrag:
- De eerste schuif biedt een aanpak bij niet ernstige en eenmalige overtredingen. Deze aanpak is steeds gebaseerd op het waarschuwen van de leerling en herinnert aan de normen en waarden binnen onze school (onze WindeWaarden).
- De tweede schuif wordt opengetrokken bij hinderlijke gewoontes, lastig gedrag dat veelvuldig wordt gesteld. De nadruk zal dan liggen op het actief aanleren van gewenst gedrag en de vaardigheden die daarbij nodig zijn.
- Op de derde schuif wordt beroep gedaan wanneer de leerling eenmalig ernstig negatief gedrag stelt. Het team zal aan dit gedrag altijd een consequentie koppelen als signaal voor het belang van het naleven van de afspraken.
- De vierde schuif biedt een gerichte aanpak bij ernstige overtredingen die meermaals voorkomen. In dit geval worden steeds alle partijen betrokken en hechten we veel belang aan het komen tot herstel.
We vulden de lades met concrete acties die gekoppeld zijn aan het overtreden van de WindeWaarden. Elk teamlid kent deze procedure en volgt ze consequent op, dit zowel op de speelplaats als in de klas. Ouders worden nauw betrokken bij de ondersteuning en opvolging van hun kind. Wanneer negatief gedrag ernstig (al dan niet aanhoudend) of aanhoudend niet ernstig voordoet, worden ouders hierover ingelicht. Communicatie naar ouders wordt intenser naarmate overtredingen ernstiger zijn. Bovendien wordt in dat geval ook gestreefd naar nauwe samenwerking met ouders om negatief gedrag te stoppen. Dit door met hen in dialoog te gaan en hen actief te betrekken bij het zorgtraject van de leerling.
Om het gedrag op schoolniveau in kaart te brengen, houden begeleiders anoniem bij hoeveel keer we de blauwe, gele en rode schuif hebben moeten openen. Op deze manier kunnen we veranderingen of toename van negatief gedrag vaststellen en indien nodig ook ingrijpen op schoolniveau.